Hé, de vakmannen zijn er weer…

September is aangebroken en onze vakmannen hebben geld nodig. De Franse overheid ook, maar dat is voorlopig nog niet ons probleem. Dat komt misschien later. Eerst zijn Olivier, Maxime, Didier, Julien en Nicolas terug van vakantie.

Olivier, onze loodgieter, heeft in augustus in Cavalaire boven zijn stand geleefd. Het waren niet altijd moules-frites, soms ging hij uit eten in een chic restaurant. Zijn vriendin wilde een mooie vakantie met goed eten, en daar hebben we begrip voor. Op 1 september staat Olivier dan ook keurig op onze oprit met een nieuwe Danfoss-verwarmingspomp: “Die komt uit het noorden, ergens bij jullie,” zegt hij trots. We leggen hem uit dat Denemarken een ander land is, maar voor Olivier ligt alles ten noorden van Lyon in het grote Noorden. Prima, als hij maar eindelijk de verwarming afmaakt.

En dat doet hij ook met veel inzet. Hij buigt buizen, steekt ze door talloze gaten en start uiteindelijk de oliegestookte verwarming: “Nu kijken we of het warm wordt en alles étanche is.” Étanche – dat is het heilige woord van een loodgieter. Geen druppel water mag lekken, alle leidingen moeten dicht zijn. De radiatoren warmen op, niets lekt. Plots valt de verwarming weer uit. Olivier kijkt in de olie-tank: leeg. De meter stuk. “Putain,” zegt hij, “met stookolie is het net als met slechte rode wijn: onderin blijft dépot liggen.” Hij haalt een plastic ton, een bidon, uit de auto: “Hier is verse olie.” Hij hangt de leiding erin en de verwarming brandt weer. Olivier is blij: “En de betaling? Alles werkt nu.”

Terwijl wij op het terras een poulet fermier eten, komt de timmerman Julien langs: “Kan ik jullie muren opmeten? Jullie hebben nog steeds geen deuren. Ik kan helpen.” We laten hem meten en denken ondertussen na over hoeveel geld er nog op de rekening staat en hoe lang het zal meegaan.

We willen ook ons zwembad op zoutwater overzetten. Didier, de zwembadman, vindt het een fantastisch idee: “Ah, zout! Dat is veel mooier dan chloor, het water is zacht en aangenaam.” Ter illustratie wrijft hij zachtjes over zijn armen. Hij wil een offerte maken; hij denkt aan zo’n 10.000 euro. “Dat is het zeker waard,” zegt hij. Inderdaad, vooral voor hem.

Maxime, onze tuinman, kijkt uit naar de 10 ton grind voor onze oprit. Samen met zijn zwager Enzo wil hij het gelijkmatig over de oprit verdelen: “Daarna gaan we eten, mijn vrouw kijkt er ook al naar uit.”

Ja, de economie draait weer bij ons op het dorp. We verdelen het werk, betalen op tijd, en ons huis komt vooruit.

In Parijs wordt er gestaakt: “Bloquons tout!” schreeuwen de demonstranten. Daar hebben we in ons dorp geen begrip voor. Olivier zegt dat het allemaal “fous” zijn, allemaal gekken. Maxime vermoedt dat het een hete herfst wordt: “Ze moeten maar niet naar ons toe komen.” Voor Julien mogen de politici gerust een paar feestdagen afschaffen: “Ik werk nu al op feestdagen. Ik ben toch geen leraar?”

De zon schijnt, de lucht is helder, de Provençaalse hemel intens blauw. Parijs is ver weg. En dat is maar goed ook.

Christine Maack,  36 jaar journaliste bij de Saarbrucker Zeitung, schrijft voor e-magazine Hans in the Provence maandelijks een column over haar ervaringen met het renoveren van haar net gekochte huis bij de Mont Ventoux. Over de aannemer, de loodgieter, de tuinman en het leven in een voor haar nieuw Frans dorpje bij de Mont Ventoux.

Nieuwsbrief

Klik op de link: https://encr.pw/UqXJO en abonneer je op de gratis nieuwsbriefvan e-magazine Hans in the Provence. Dan weet je zeker dat je geen artikel over de Provence meer mist! 

Heb je vrienden die het e-magazine Hans in the Provence ook leuk zouden vinden? Stuur dan de link naar ze door! Dat zou heel fijn zijn!

Geef een reactie

Translate »
Scroll naar boven

Ontdek meer van Hans in the Provence

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder